Sabine (1938)

Sabine werd in 1938 geboren in Polen. In 1942 werd hun huis door de nazi’s leeggeroofd. Na pogroms vluchtte zij met haar ouders en grootouders de bossen in. Na eindeloze omzwervingen werden zij gevangen genomen en belandden in een Roemeens werkkamp bij Tiraspol. Dit kamp was verboden voor kinderen. Kinderen die binnenkwamen, werden vermoord.

Sabine werd 2 jaar lang verborgen gehouden in een doos onder het bed. Alleen ’s nachts kon zij even uit de doos komen. Tot een jaar na haar bevrijding heeft zij niet kunnen spreken. Na de oorlog zwierven zij door Europa en bereikten in 1949 België. Emigratie naar Israël mislukte aanvankelijk. In 1951 bereikte de familie tenslotte Australië. In 1959 trouwde Sabine daar met een Sjoa-overlevende. Jaren later kwam het gezin alsnog aan in Israël. Nooit sprak zij over de Holocaust. Zij werd vrijwilliger in het Israëlische leger. Eerst haar man en nu ook haar klein­zoon werden opgeroepen voor militaire dienst. In 2005 – Sabine is dan 67 jaar – begon zij met psychotherapie. “AMCHA heeft mij mijn leven teruggeven”, vertelt Sabine.